maandag 8 november 2010

Ik ook van mij

Lekker vroeg wakker én opgestaan verveelden ik en mijn echtgenoot ons gedurende een drietal uren met krant, koffie, sigaretten, teevee en een Loeiende Loetje Want Krols. Uiteindelijk vervelingsmoe taaiden we vervolgens af richting stad. Doel van deze missie was de markt, en tot dan tenminste 15 minuten de tijd om onze nieuwe, vers ingebouwde, I-podready autoradio te slopeh...testen.
So far so good, eenmaal onderweg besloten we dat het misschien toch wel leuk was om even bij H** R******** langs te gaan, onlangs failliet verklaard en in onze herinnering goed voor een leuk meubelstuk of twee, als ook de niet van echt te onderscheiden maar veel betaalbaarderdere replicabooglamp (origineel 1250, bij HR 198 en wie het origineel niet helemaal recht op z'n netvlies heeft ziet het verschil echt niet. Niet echt.).
Naar binnen gelopen om in de winkel tot de ontdekking te komen dat de mevrouw die het faillissement uitvoert alle meubels die zij blijkbaar bij eerdere faillissementen heeft overgehouden heeft toegevoegd aan de reeds uitgedunde eigen collectie van H** R********. De beide banken die de keuring doorkwamen werden respectievelijk door hem afgezeken als het om de mijne (een bruine, leren) ging, en door mij als het om de zijne (een zwarte, leren) ging. Ergo, dit ging nergens heen waarop we vervolgens besloten zelf maar weg te gaan.
De Hij van ons twee had al enige tijd de onbegrijpelijke behoefte aan onderbroeken mét elastiek en wist de Zij van ons twee (dat is de Ik, voor U, Lezer dezes) te vertellen dat bij V&D op Zuidplein al het ondergoed met elastiek en pijpjes voor de helft weg ging en V en D maakt twee dus lieten we de markt links én rechts liggen, op weg naar onderbroekenlol. Die was er gauw vanaf want V en D blijft één en de aanbieding gold niet in deze vestiging. Hierop maakten wij wederom een omtrekkende beweging en liepen richting Dudok voor lunch.
Dudok zat vol met mensen die we niet kenden, dus besloten we om binnendoor via de andere in-uitgang de Meent op te leuken met onze aanwezigheid, op weg naar Little Italy.
Little Italy verkoopt alleen maar Italiaanse producten, daarom heten ze in elk geval Italy. Little, omdat ze een winkel zijn en geen land, vermoed ik.
Aangesloten in de rij voor de vleeswaar wachtten wij netjes onze beurt af. Het was druk, en daar waar verleden week de rij bij de vleeswaar leek te beginnen, was nu niet duidelijk of de kaas de te kiezen kant was of dat willekeur gold. In elk geval waren wij derde, in die niet al te duidelijke rij. Nummer één was een blonde mevrouw, met een kind dat leek op een Mees, Ties of misschien wel een Tijl, Sem of een Julius. Deze mevrouw had vleeswaar kopen blijkbaar als hobby en/of therapeutische dagbesteding en bestelde zo ongeveer van alles 'een onsje of twee, apart verpakt in porties van 1 gram'. Nadat deze mevrouw bijna het hele assortiment had besteld met een totaalgewicht van een kilo of 7 in plakjes van 10 gram apart verpakt ontdekte ze nog een onbestemde hamachtige vleeswaar. Een vleeswaar die zij zo niet thuis kon brengen dat ze de Italiaanse eigenaar van de Italiaanse supermarkt Little Italy vroeg: 'die ham daar, is dat een Spaanse?'
Nooit was een volle winkel plaatsvervangender schaamtevol.
Mevrouw droop af, andere mevrouw kwam op.
(NB. Little Italy is een kleine supermarkt die doorgaans wordt bezocht door Mijzelf en mijn Hij en verder door de gemiddelde Schiebroekse Kleiwegkakker, de Binnenstad Bobo, de Blijdorpsche Beau (Heau) Mo(nde) en het Hillegersbergsche BMW X5 Gezin, 1 vader, 1 moeder, 1 jongen, 1 meisje, 1 labrador. In die volgorde, en die hond is een educated guess want niet mee want niet toegestaan in de winkel)
De mevrouw, type unisex trainingspak/winterjas/spijkerbroek/kapsel, hij/zij fiets-met-trapondersteuning, hem-en-haarhanddoek (hij blauw, zij roze), deed haar bestelling waarna nog slechts een heer zich voor ons bevond en daarna kwamen wij. Dachten wij. Gelukkig, want het zou maar saai zijn als je de beurt kreeg die je daadwerkelijk was toebedeeld, was daar 1 vader, met 1 vrouw, 1 zoon en 1 dochter, welke laatste met een stok op de glazen vitrine aan het rammen was. Pedagogisch overduidelijk niet onderlegd wist de vader zijn dochter liefdevol tot de orde te roepen en verzocht 'Maadje' (naar later bleek Madelief voluit) vriendelijk op te houden met het slopen van de vitrine. Maadje vond dat niet zo nodig, waarop de vader, blijkbaar gegeneerd door de larf die zijn vrouw toentertijd zo graag wilde, het nodig vond aan de beurt te zijn. De beurt die hij thuis na de geboorte van Maadje blijkbaar niet meer heeft gehad, zo graag wou ie m hier.
Hierop gaven zowel de heer voor mij in de rij als ikzelf aan dat als het om beurten ging, de vader wat ons betreft in de gevangenis mocht en niet langs start. Hierop draaide de nog niet weggelopen en blijkbaar wel zin in een relletje hebbende unisexmevrouw zich naar mij toe en gaf aan dat de heer voor ons nu aan de beurt was, maar zij wou zich er verder beslist niet mee bemoeien. De heer voor ons gaf aan dat hij aan de beurt was, ik gaf aan dat ik dat wist, de mevrouw die zich er niet mee wilde bemoeien ging helemaal los op waar zij blijkbaar helemaal geen idee van maar wel zin in had en ondertussen deed De Vader zijn bestelling. Hierop keek ik naar mijn echtgenoot, die meer voeling met de wijn rechts van hem had dan met mij en mijn weinig relativerend vermogen links van hem en stelde voor dat wij onze gedroogde pasta's zouden afrekenen en vertrekken. Aldus gingen wij.
Ondertussen had ik honger gekregen, en omdat ik net een Gremlin ben maar dan eentje die je voorál moet voeren na twaalven werd ik sjaggerijnig en op weg naar de Kaas van Willem ontaarde mijn sjaggerijn in een ouderwets en ordinair stukje straattoneel, waarna ik boos links ging richting koffie en UEB, en hij boos rechts richting Kaas van Willem.
In de UEB gooide ik in 3 nanoseconden een grote cappuccino naar binnen, rekende 3 euro en 30 cent af (dat zijn 10 Nespressocupjes, dankuwel) en liep naar mijn auto terug. Daar aangekomen stond mijn Hij tegen de auto aangeleund. Zonder Kaas van Willem, want ik had het geld, en mij was ie dus al kwijt. Blij met mezelf vertelde ik dat ik hém wel had zien voorbijlopen, vanachter mijn grote cappuccino in de UEB, waarna ik minder blij tot de ontdekking kwam dat mijn werktelefoon, waarmee ik soort van stiekemachtig mijzelf en mijn auto had aangemeld bij de parkeermeter, ontbrak in mijn tas en mijn leven. Helemaal niet blij meer maar overtuigd van mijn eigen leed snikte ik hysterisch huilend dat het leven geen zin meer had en dat alles kwam door hem.
Zonder telefoon, zonder kaas, zonder bank, zonder salami/Mortadella/Prosciutto Daniele/Parmezaan/BuffelMozarella en zonder doel maar met ruzie en voor minder dan de helft on speaking terms reden we richting Maastunnel, Waalhaven, Heijplaat, Huis.

Gelukkig deed de autoradio het nog.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten